Een tijdje geleden schreef ik over antropomorfismen, toeschrijvingen van menselijke eigenschappen aan niet-levende dingen. Ik doe dat dus bij mijn auto, zoals ik toen al ruimhartig bekende.

Een van de bekendste voorbeelden van antropomorfisme is de film ‘Cast Away’, waarbij Tom Hanks jaren alleen doorbrengt op een onbewoond eiland en zich -om de schrijnende eenzaamheid draaglijk te maken- hecht aan een bal die hij ter gelegenheid een naam en een gezicht heeft gegeven. Het is een waardeloze film als je het mij vraagt, maar veel mensen zullen de scène waarin hij ‘Wilson’ op zee verliest als hartverscheurend ervaren.

Nou, zo’n soort drama stelde ik me ook voor bij het afscheid nemen van mijn oude auto. Ik ging ervan uit dat het vervangen van mijn enige echte werkpartner een emotionele gebeurtenis zou zijn die gepaard zou gaan met een heus rouwproces en schuldgevoelens over het zo snel al hebben van een nieuwe partner.

Het ging echter heel anders. Auto’s blijken namelijk vervangbaar, zoals alle levenloze voorwerpen. Tom Hanks was gehechter aan zijn bal dan ik aan mijn auto. Hij had zijn vriend een naam gegeven: Wilson. Dat heb ik nooit gedaan. Wellicht was dat al een indicatie van de onvolledige hechting die ik met mijn auto ben aangegaan.

Het moment van vervangen (dat klinkt al best kil als ik het zo opschrijf) diende zich sneller aan dan verwacht. Op advies van een bevriende automonteur -ik ben hem er zeer dankbaar voor- ging ik rondkijken en viel mijn oog op een andere, maar vooral nieuwere en luxueuzere Nissan NV200, hetzelfde model waarin ik reeds driehonderdduizend kilometer heb doorgebracht. Hoeveel uur dat is, weet ik niet.

Toen ik eenmaal een proefrit in de nieuwe had gemaakt, was ik mijn oude meteen zat. Ik ging me ergeren aan het pookje van de cruise control dat wat wiebelig was, de minuscule roestplekjes bij de achterdeur en het barstje in de rechter dodehoekspiegel. In plaats van verdriet over het aanstaande afscheid voelde ik vooral ergernis; ik wil van dat barrel af, dacht ik terwijl ik schrok van mijn eigen gedachten. Het arme ding heeft me nooit, maar dan ook letterlijk nooit laten staan. Hij heeft me over de erbarmelijkste Oekraïense wegen geleid, me links leren rijden in Engeland, me talloze keren over de Alpen en andere gebergten geloodst, me onderdak geboden in heel Europa en me gered van een wisse dood op de Poolse snelweg. Wat ben ik toch een ondankbare klootzak.

De nieuwe auto is al drie maanden een feit, maar hij voelt niet zo. De bekleding is hetzelfde, het dashboard is hetzelfde, de kleur is hetzelfde en de bestickering aan de buitenkant inmiddels ook. Het is alsof ik doorrijd in mijn oude bolide en nooit een ander heb gehad. Wat wij nodig hebben, mijn nieuwe auto en ik, zijn nieuwe avonturen, nieuwe landen, nieuwe bestemmingen. We zijn hard op weg. Ritten naar Dubrovnik, Regensburg, Berlijn, Manchester en Palma de Mallorca helpen daar goed bij. Het heeft al veel nieuwe verhalen opgeleverd. Ik hecht eraan ze van tijd tot tijd tot jullie te brengen.

© Sjaak van Haaster – Tekstbureau de Taalformule

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s